Het Kinderhuis is in 2007 opgericht door de directrice mevrouw Sopheap. Zij was negen jaar lang onderwijzeres in het basisonderwijs voordat zij besloot een schooltje te beginnen in een krottenwijk van de hoofdstad Phnom Penh. Het aantal kinderen groeide snel en omdat velen na de lessen ook ’s nachts bleven hangen, heeft mevrouw Sopheap een jaar later officieel toestemming gevraagd en gekregen om de school om te vormen tot een weeshuis. In 2010 is het verhuisd naar Siem Reap. Een jaar later heeft Th. Bolten die reeds werkzaam was als vrijwilliger, de Stichting Kinderhuis Cambodia opgericht om samen met de staf zorg te dragen voor het leven en de toekomst van de kinderen. Van meet af aan is er sprake geweest van een hartelijke, productieve samenwerking. Het bestuur van de Stichting heeft ontzettend veel waardering voor mevrouw Sopheap.

Vanaf 2009 heeft het Kinderhuis drieënvijftig kinderen opgevangen. Van hen zijn er tot ons grote verdriet vier overleden. Liang Heng is verongelukt in het verkeer; Pisey is overleden aan acute leukemie; Thierry Heng aan onvolgroeide organen als gevolg van langdurige verwaarlozing direct na zijn geboorte; Samnang aan een gecompliceerde infectieziekte.

Het gaat goed met de onderwijsresultaten van de kinderen. Sinds de oprichting van de Stichting hebben zestien kinderen een opleiding afgerond: drie op een vakschool (voor elektriciens) en dertien op de high school. Een van hen is gezakt en wil nu ook elektricien worden en een andere heeft gekozen voor een baan. Van de elf geslaagden zijn er door de pandemie drie niet meer aan verdere studie toegekomen. De overige acht zijn gaan doorstuderen: vier in het hoger beroepsonderwijs en vier aan de universiteit. Van die laatste vier zijn er inmiddels twee afgestudeerd. Zij zijn nu werkzaam als docent Engels.

In 2016 is het Kinderhuis verhuisd naar een plaats op eigen grond waarvan de aankoop is bemiddeld door de Stichting. Naast de woning en de slaapvertrekken is er een flinke tuin. Daarin is plaats voor groente en fruit, voor het fokken van kippen en eenden en sinds vorig jaar ook het kweken van kreeft. Voorheen werden ook oesterzwammen en paling gekweekt. De opbrengst is goed voor een beperkt deel van het jaarlijks benodigde budget van vijfendertig duizend euro. Een derde hiervan gaat naar onderwijskosten waaronder de collegegelden voor de kinderen die hoger onderwijs volgen.

Van alle kinderen is een bijzonder verhaal te vertellen. Hoe zij wees zijn geworden, wat er vervolgens met hen gebeurde en hoe ze uiteindelijk in het Kinderhuis zijn beland. Bijvoorbeeld Well. Hij kwam (in 2018) als een van de twintig ‘buitenkinderen’ les volgen in het Kinderhuis. Well was toen elf jaar en nog nooit naar school geweest. Hij had geen ouders of andere familie en hield zich in leven met klusjes als schoonmaken, vis vangen en op de baby passen bij deze of gene. In ruil daarvoor kreeg hij een kommetje noodle en mocht hij in een hoekje op de grond blijven slapen. Well was een uitgesproken vrolijk jongetje. Na twee maanden is hij opgenomen in het Kinderhuis. Nu, vier jaar later, is hij uitgegroeid tot een stevige puber en is hij met mooie cijfers geslaagd voor toelating tot de junior high school.