Bezoek aan het Kinderhuis, januari 2013
De kleine kinderen gaan ’s morgens om zeven uur naar school. Om elf uur komen ze weer thuis – handen wassen, eten en een lekker middag-slaapje. Als ze wakker worden gaan ze in bad en komen dan op een holletje naar ‘class’. Daar dreunen ze eerst het westerse alfabet op (altijd struikelend over l-m-n), wijzen de letters van hun naam aan in een plaatjesboek en mogen dan kleuren in hun kleurboek. Dat is een ernstige zaak. In volstrekte stilte en met hun hoofdje vlak boven het vel worden langzaam en nauwkeurig de figuren ingevuld met kleuren naar eigen keuze. De teacher vult zijn tijd met het slijpen van de punten van de kleurpotloden die hem achteloos en zonder opkijken worden aangereikt.
Na een uurtje is het altijd vrij plotseling afgelopen met de concentratie en roept de een na de ander ‘finis’ en werpt het kleurboek op de schoot van de teacher. Dan volgt groepsgewijs een vragende blik. De teacher speelt onschuld. ‘Neak teng aknie tsjong ei?’ (‘Wat willen jullie?’) Ze weten dat ze niet mogen zeuren en het blijft dus even doodstil. Tot iemand het niet meer kan houden en zachtjes piept: ‘Candy’. Vandaag hebben ze geluk. De teacher heeft doosjes met rozijntjes uit Holland bij zich. Dat is een volkomen exotische lekkernij. Ze vallen er niet op aan, maar lopen er een tijdje mee rond. Dan strijken ze neer en frunniken de krenten één voor één uit het pakje. Het oppeuzelen gebeurt met dezelfde aandacht als waarmee ze kort daarvoor nog zaten te kleuren.
In Cambodja gelden de maanden december, januari en februari qua klimaat als de prettigste tijd. De ergste hitte is achter de rug en de tropische regentijd is nog ver weg. Voor veel toeristen is het dan evengoed wel wennen als de temperatuur toch nog rond 30o C schommelt. Binnen is het dan natuurlijk nog warmer en tijdens de lessen staat er daarom altijd een ventilator te blowen. Helaas zaten we dit keer heel vaak zonder elektriciteit. Dan weken we uit naar het zitje buiten op het erf. Voor de kinderen was dat geen punt, maar voor de teacher wel. Die zat dan toch – in de koele periode – behoorlijk te zweten.
Sinds september hebben de kinderen vanaf twaalf jaar Engels op school. Dat was goed te merken aan hun vorderingen. Voor mij betekende het dat ik alleen ’s middags les hoefde te geven aan de kleinere kinderen. Dat kwam goed uit, want zo had ik de morgen vrij om mee te helpen bij de bouw van een nieuwe slaapkamer, het kippenhok en de schuur voor het kweken van oesterzwammen. De bouw is voornamelijk mogelijk gemaakt door de opbrengst van het 1%-project ‘Lekker slapen in Cambodja’ en van de kerstactie.
Slaapkamer, kippenhok en champignonnenkweek
De nieuwe slaapkamer, aan het huis vast gebouwd, is heel mooi geworden. Schoon en licht en met enkele aan de muur opgehangen elektrische fans. Er is plaats voor negen jongens. Overdag is het een lekkere hangplek.
Het kippenhok is bedoeld voor driehonderd kippen. De kippen – zwart met een wit befje – waren nog heel klein toen ze werden aangeleverd maar je zag ze bijna groeien en in een week waren ze al behoorlijk veel groter. De kinderen zijn straks verzekerd van een regelmatig ei op hun bord en wat overblijft zal te gelde worden gemaakt op de plaatselijke markt.
Dat laatste geldt ook voor de oesterzwammen. In de schuur hebben we bijna driehonderd ‘kweek-bollen’ geplaatst. Die hebben een kleine opening aan de voorkant en daaruit ontspruit steeds een prachtige bosje spierwitte oesterzwammen. Op de markt brengen zij per kilo twee dollar op.
De kippen en oesterzwammen brengen het nodige werk met zich mee. Dat wordt onder leiding van Mister Dara gedaan door de kinderen. Ze hebben bij toerbeurt allemaal een taakje.
De hoop en verwachting is dat het kinderhuis dankzij de kippen en de oesterzwammen voor het eerst zelf een beetje inkomen kan verwerven.
(Th. Bolten, maart 2013)